zaterdag 19 mei 2018

Bureauparcours














Het was weer prijs, mijn ommetour langs het sympathieke [By’ro] in de Maagdendaele  te Oudenaarde... elke keer ben ik aangenaam verrast door de intieme en onpretentieus kabinetspresentatie te midden van bezige studenten en met de achtergrond van historisch archivisme... een wonderbaarlijke plek waar alles harmonieus samen blijkt te komen... aan het einde van de gang, rust: het zand loopt ongemerkt tussen de fragiele tralis... het is de onophoudelijke verbrokkeling van ons bestaan – nu nog een mogelijke herkenbare vorm, iets sculpturaal als een onafgewerkt marmer van Michelangelo, de nog te bevrijden slaaf, tussen brut steenbreuk en zacht vloeiende lijnen... opgehouden door een precair weerstand, door vocht nog samenhangend, maar weldra verbrozelend in het op te keren niets...




De zandobjecten van Emma Van Roey hebben iets ambitieus: proberen een onmogelijkheid vorm te geven. Lichtjes weerhouden door was en draad, het tijdelijk gewichtige van samenhangend zandkorrels te vrijwaren van de elementen. Onbegonnen werk toch begonnen en omsponnen, gezet en met rust gelaten; want rust straalt het uit, de langzame aftakeling van de sculpturen – tijd is haast hoorbaar in het geritsel van de korrels die zonder uurglas naar beneden tuimelen, onophoudelijk door rode draad of welke daad dan ook...


De draden die zich zelf omstikken, tekentechniek van schakering en wisselende richtingen vormen images als rode wijn vlekken, of uitdijende bloedvlekken op doek, welk de onophoudelijkheid ervan niet kan tegen houden, zoals een obsessie die niet te bedwingen is, dag na dag, uur na uur, voort durend terwijl de zandkorrels door de mazen glippen..; voort en verder durend verlies die er altijd is maar die wij haast nooit zo duidelijk te zien krijgen... Ik bezocht de tentoonstelling aan het begin, maar wil zeker terug keren, al wetend wat ik zal zien: de gevorderde aftakeling – en toch intrigeert het mij, zoals het repetitief wederkeren van kruissteken of de geplogenheden van elke dag.

 



















Ik was van plan dan verder naar het MAC’s in Grand Hornu te gaan om de (laatste) tentoonstelling van Jef Geys “Quadra” te zien... maar de zandkorrels lopen soms sneller dan wij denken en besloot een ander keer met meer aandacht te gaan kijken... 










Zo was ik dan goed op tijd in Brussel om naar het “Kanal Brut”, openingsweekend van het nog uit te werken Pompidou-dependance te bezoeken. Reden hiervoor was naast tentoonstellingsbezoek een laatste kijk op het bijzondere gebouw van de Citroën-site te bewonderen alvorens deze in de reconversie verdwijnt... want ook al houden ze zoveel van het origineel over, zal het zeker niet meer zijn wat het was. (...een kijkje naar de gepresenteerde modellen bevestigt: ze gaan het zo of zo verknoeien – want hedendaagse conservatienormen laten een ‘garageopstelling’ zoals deze niet meer toe...)

En ja, noodgedwongen hadden ze al wat modificaties ondernomen, zoadat een totaalbeeld niet meer mogelijk was. Met wat verbeelding ging het nog juist, en zo heb ik met plezier de site en het (temperatuur en licht-ongevoelig) aanbod uit de collectie kunnen bezoeken. Tinguely (l’Enfer) om de toon te zetten aan de (kanaal-) ingang; en dan als eerste ons dierbaar M.B. met de waarschuwing “Au-Delà de cette limite les billets ne sont plus valables” (... in een interessante configuratie: bureau met daarop filmprojector in richting van de film te zien op een brede pilaar – maar de projectie komt in feite van een digitale beamer op het plafond... een hedendaagse interpretatie van originaliteit...  de "originale imaginaire" dus - en op zich al interessant.) op linkerzijde een oud bekende van weleer, Documenta IX, de tapijtenzetels van Franz West ‘auditorium’ (...naast de Toilet van Kabakov als ik mij goed herinner) en een goed introductie tot een speels en los ontdekkingsparcours waarbij het gebouw vooral een aangename sfeer ademt. Heel wat ‘usual suspects’ die soms voor de hand liggende links maken: de compressie van Caesar, verschillende metaalbewerkingen van Calder & consorten, maar ook zweverige hangende structuren, bouwsels, design, beetje mix & match, met hang naar walibificatiemaar juist net niet... Ook de combinatie met (jong) talent uit de omgeving (was aangenaam verrast om een opdracht video-werk van Ariane Loze te zien achter de wisselstukkendepots – zie ook mijn artikel over haar werk in november 2016) Dus de combinatie van opdrachten, environments, theater- en performance gedeelten is iets positiefs, ook al is de idee om elke keer de volle pot te moeten betalen wel afschrikkend... de prijzen liggen in de lijn van zo een onderneming, mar toch... er is wel veel te zien en doen, en de pop-up horeca en ligging maken het wel geschikt voor familie-uitstapjes en dergelijke... het is in elk geval een aanwinst – hoe men het Brussel-Belgische communautaire gekibbel ook mag draaien, en wellicht een niet onproblematische verder gentrificatie van de kanaalbuurt – maar dat was al vergaand gebeurt met pronk- en nieuwbouw... hopelijk houden ze de lijn van het fraai Citroëngedacht in ere – zoals de onontbeerlijke afgeslankte ‘DS’ van Orozco in de voormalig toonzaal...


Normalieter stond een bezoek aan s’Hertogenbosch op het verlanglijstje, om een werk van Kurt Ryslavy te zien, maar helaas alweer niet gelukt,- hij lijkt schimmiger te worden met de dag – wel tot Luik geraakt waar in het kader van de bezienswaardige tentoonstelling rond de activiteiten van het Cirque Divers (ah, wat waren dat toch voor opbeurende tijden!) “de une certain gaité” een performance-reeks presentaties rond feministische thema’s plaatsvond... De Cirque was in de jaren 70 een vooraanstaand bastion van vrouwelijke vrouwenkunst en performance – dus dat mag zeken nog eens onderstreept worden. Het deel dat ik bijwoonde (op uitnodiging van Annick Nölle) was een soort speed-dating formaat, waarbij elk vrouw een bezoeker voor een tête-à-tête aan een tafeltje ontving – interessante ontmoetingen – (die met de pigmento-chickenhearts made to jump into moustraps by way of gold-clad vibrator was wel een bijzonder...) Hierover allemaal nog meer volgende keer...

donderdag 3 mei 2018

FFC in MuHKA
















Curator Bijl kijkt met Directeur De Baere naar reportage uit 1984 van Wim van Mulders






Frank F. Castelyns in het Museum voor Hedendaagse Kunst – zoals het hoort, zoals hij het graag had gezien... Helaas heeft hij het niet mogen meemaken, maar zou blij zijn met de opstelling die Guillaume Bijl heeft gemaakt: Guillaume was van meet af aan supporter en het is ook door hem dat ik Frank heb mogen leren kennen: Het verhuis van een in elkaar zakkend “Depot” (Godefriduskaai) naar het Spajaardsteeg in wat toen nog echt oud havengebied was. Vele composities waren al samengesteld maar nog niet gekleefd, wat eiste dat elk apart langzaam en voorzichtig moest worden verhuisd, en zo de operatie tot een week uitdraaide... Uiteraard moesten speciale stukken ook naar andere Depots in de Korte Nieuwstraat en Karel Oomsstraat.



 












(waar deze door hem zelf geënsceneerde foto werd getrokken tijdens voorbereiding van zijn tentoonstelling “De Verjaardag van de Laatste Opgraving” in Inexistent)


 
Ik leerde hm kennen als een zachtaardige, humorvolle en warme mens die echt alles over had voor zijn kunst... een raar voorbeeld van totale overgave aan de inspiratie van het moment, van de vele weggeworpen sculpturen die hij niet kon laten liggen, samenbrengen met andere spullen in converserende composities die iets tussen meta-theater-decor en assemblage, merz en constructie waren, die dan nog intercaleerd werden met vrij klassieke tekeningen en tekstfragmenten, nota’s poëzie... Het had allemaal de tendens naar ‘Gesamtkunstwerk’, waarbij de kunstenaar zelf deel van het beeld uit maakte, zijn woonst(en), zijn zakken aan de fiets, zijn zakken vol spullen, zijn tentoonstellingen, die verlengden waren van zijn netwerk van opslagplaatsen en als tijdelijk ‘depot’ functioneerden in een voortlopend proces.













 
Zicht op deel van installatie in Inexistent 1988: combinatie van ouderwetse picture show, gezellig zithoek en environment, hachelijk gebalanceerd op basis van overtolligheden.
 

Op eerste gezicht leunde het aan bij herkenbare stromingen, misschien beïnvloed door nouveau realistes, accumulation, decollage, arte povera, pop, etc... ook een reden dat bijvoorbeeld tijdens de expo in Inexistent een collectioneur meende dat het zeer ‘Dèjà Vu” was... terwijl een echte lezing pas bij nader inzicht opkwam... men moest geduld hebben en ook iets voor over hebben... Wat gegeven de materiaalcultuur van zijn werk niet altijd evident was, vooral voor de meer ‘proper’ aangelegde toeschouwer was het soms moeilijk om over het ‘afval’ aspect heen te kijken. Wellicht daardoor is zijn werk nooit tot een groter publiek doorgestoten, hoewel hij zeer goede tentoonstellingen maakte, zowel in industriepanden allerhande als in galleries, in binnen en buitenland (ik denk hier aan Grita Insam in Wenen bij voorbeeld).
 
Hij was dan ook geen commerçant, hij werkte niet met ellebogen, hij was veel te zachtmoedig en terughoudend voor het regulier kunstcircuit. Deel van de installatie in Inexistent werd eigenlijk ‘aangekocht’ door een Nederlandse verzamelaar, maar die moeilijke onderhandelingen rond ‘forfaitaire aftrek’ in de vorm van tentoonstelling in Nederland en de waarde van promowerk etc draaide uit op niets... hij liet het onderhandelen aan mij over en uiteindelijk kwam er ook geen geld over de brug, zodat de beloftes allemaal verwaterden...
Deze hommage aan FFC zou hem zeker bekoren... het is een installatie met de allure van een klassieke en traditionele expositie: iets waar Frank ook altijd aandacht voor had, en onderhield met verdere studies aan academiën allerhande... Zijn geschriften komen hier ook goed aan bod, iets wat regelmatig overzien wordt, hetzij op de poëzieavonden aan welke hij deelnam... maar ook hier voor een specifiek publiek. Met deze mooie homage zal een breder publiek een klein indruk kunnen krijgen van een bijzonder kunstenaar en uitgebreid oeuvre...
 
(veel van zijn werk is bij de Verbeeke Foundation gestockeerd, en (soms) gedeeltelijk toegankelijk...)